Op Weg 2024 - 06 door ds. Marco Bijdevaate
Rijk zijn voor God
Prediker 2: 9-11 / Lucas 12: 13-21
Elk jaar probeer ik het samen met mijn beste maten opnieuw. Op de bonnefooi zoeken we een verblijf om te slapen, tanken we de auto vol, we laden onze camera’s op en dan gaan we op avontuur. Vaak weten we niet wat we tegen zullen komen. Van tevoren zoeken we vaak wel een beetje uit waar interessante locaties zijn. Maar hoe we deze aantreffen is altijd een verrassing. Vaak is het ook nog een ontzettende uitdaging om deze locaties te bereiken.
Urbex
Wat we met z’n drieën doen wordt ook wel Urbex genoemd. Een zoektocht naar verlaten oorden met als motto: neem alleen foto’s, laat alleen voetsporen achter. Zodoende hebben we al aardig wat plaatsten bezocht en indrukwekkende oorden gevonden.
Het is een onbeschrijflijk gevoel om op zulke plaatsen rond te lopen. Op plekken waar vroeger altijd reuring was, daar is nu niemand meer. In een grote fabriekshal waar vroeger de machines als een orkest de symfonie van de dag bepaalden, is het nu oorverdovend stil. Dan klinkt soms de wind, en klappert er ergens een losgeraakte plaat.
Het bezoeken van zulke oorden heeft iets mystieks. Vanuit de drukte van de wereld waarin geld moet rollen, waarin tijd geld is, en de tijd als het kan vooral opgevuld moet lijken te worden met kansen en winst, stappen we door een spiegel heen. Aan de andere kant van die spiegel is het stil. Het grote bolwerk dat ooit bruisend onderdeel was van een bloeiende economie is leeg, de elektriciteit is afgesloten, en het enige licht dat schijnt, is door de kieren die na verloop van tijd in het dak terecht zijn gekomen.
Terwijl we door dit soort oorden lopen geeft dat te denken. De gebouwen staan er hopeloos bij en geven in eerste instantie vooral een beeld van vergane glorie. Alles is vergankelijk en heeft een begin en einde op aarde.
Predikeriaans
Dat klinkt wellicht een beetje Predikeriaans. Prediker die erachter kwam dat hij de grootste dingen had ondernomen en meer bezit had vergaard dan ooit iemand had gedaan. Prediker overzag dit en zei: “Alles wat mijn moeizaam gezwoeg mij heeft opgeleverd, was maar lucht en het najagen van de wind. Het had geen enkel nut onder de zon.” Rijkdom? Dat is leegte. Maar, wanneer het hem door God wordt toegestaan als zijn rechtmatige deel en hij zich verheugt in alles wat hij moeizaam heeft verworven, dan is het een geschenk van God. In zijn zoektocht naar wijsheid en naar genot komt Prediker erachter dat dit allemaal geen doel is in zichzelf. Het boek Prediker wordt dan ook afgesloten met een richtingwijzer naar God toe. Heb ontzag voor God en leef Zijn geboden na.
In het Nieuwe Testament wordt Jezus gevraagd om te bemiddelen in een conflict waarin rijkdom een grote rol speelt. Zijn reactie is onder andere: Pas op! “Hoed je voor hebzucht, want al heeft de mens nog zoveel, zijn leven bezit hij niet.” Prediker echoot daar haast in mee: Rijkdom is leegte! Jezus stelt de retorische vraag: Voor wie zijn je schatten die je hebt opgeslagen? Wees rijk voor God!
Op al die plekken waar mijn maten en ik als urbexers komen bekruipt het gevoel, voor wie waren al deze schatten? En wat is er van iedereen geworden die hier ooit betrokken was? Waar is de hoop, als alles zo verlaten lijkt? Jezus spreekt over rijk zijn voor God. Dit is uiteindelijk een opmaat voor een van de bekendere verzen uit de Bijbel: Zoek dan eerst het koninkrijk van God; en de andere dingen zullen je gegeven worden. (Lucas 12: 31)
God vinden
Door de indrukwekkende gebouwen heen lopen, in de stilte, in het spiegelbeeld van de wereld, verlaten, half vergaan, dat heeft iets mystieks. Hoe kunnen we hier in de modder, tussen het puin iets van Gods koninkrijk in vinden? De hoop zit daar, waar het licht door de kieren heen schijnt wanneer er haast geen licht te vinden lijkt. God die juist in de stilte te vinden is, wanneer we rust vinden in een wereld waarin we misschien vooral zoeken naar andere schatten dan de liefde van God. Maar zoek het koninkrijk; en laat je verassen. Zoals ikzelf ooit door een verlaten oord heen liep; verstild, verwonderd, getroost.
Gott liebt dich so wie du bist.
In de vergankelijkheid van het leven; tussen het puin een stukje koninkrijk als een hand op een schouder: God die van je houdt!