In psalm 110 is het David die zingt van God. En dat gaat over de trouw van God. Het lied gaat over God die zijn belofte niet verbreekt en over God die je uitnodigt om in zijn nabijheid te leven. Een priester zal je zijn! Priesters waren bevoegd om in het heilige der heiligen te komen. De psalm spreekt over heersen over vijanden, over overwinningen in een tijd waarin strijd hoorde bij de dagelijkse dag. In de lijdenstijd schijnt daar een ander licht op. De vijand wordt verslagen, de dood zal na Jezus’ opstanding niet meer het laatste woord hebben. Jezus’ opstanding is als een deur die opengaat om in de nabijheid van God te komen. Zodat ook wij als priesters kunnen zijn; voor eeuwig in het heilige der heiligen, in Gods nabijheid. Dat kan alleen als Jezus zoon van David is én zoon van God. Hiermee ontvouwt het mysterie verder als het gaat om wie Jezus echt is; de messias of een praatjesmaker?
Lezen: Psalm 110 bijbel.nbv21.nl/bijbel/NBV21/PSA.110/Psalmen-110/
Lezen: Psalm 110 bijbel.nbv21.nl/bijbel/NBV21/PSA.110/Psalmen-110/